AOW-leeftijd stijgt nóg verder

De AOW-leeftijd wordt voor iedereen die geboren is na 31 december 1954 per 2022 gesteld op 67 jaar en drie maanden. Dat is het gevolg van de nieuwe en hogere ramingen van de levensverwachting in Nederland door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

In de Wet versnelde verhoging AOW-leeftijd is vastgelegd dat de AOW-leeftijd met drie maanden per jaar stapsgewijs wordt verhoogd tot 67 jaar in 2021. Dat betekent dat de AOW-leeftijd in 2018 uitkomt op 66 jaar. Na 2021 wordt de AOW-leeftijd vastgesteld op basis van de levensverwachting (zie tabel hieronder). Uit nieuwe ramingen van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) blijkt dat deze levensverwachting stijgt. Blijft de levensverwachting stijgen op het tempo zoals nu het geval is, dan komt de AOW-leeftijd in 2025 uit op 68 jaar. Er volgen dan na 2022 nog drie jaarlijkse verhogingen van elk drie maanden.

Stijging AOW-leeftijd in de praktijk

In de praktijk betekent de verhoging van de AOW-leeftijd dat iemand die op 31 december 1954 is geboren, vanaf 31 december 2021 een AOW-uitkering ontvangt. Iemand die een dag later is geboren, moet drie maanden langer doorwerken en ontvangt pas een AOW-uitkering drie maanden na zijn 67ste verjaardag (op 1 april 2022).

Ook de pensioenrichtleeftijd stijgt

De zogenoemde pensioenrichtleeftijd volgt net als de AOW-leeftijd de stijgende levensverwachting. De verhoging van de pensioenrichtleeftijd gaat echter niet stapsgewijs omhoog maar per hele jaren.  Pensioenfondsen gaan daarom per 2018 uit van een pensioenleeftijd van 68 jaar in 2028. Dat is gunstig voor de dekkingsgraad van de pensioenfondsen omdat ze daardoor een jaar minder pensioen hoeven uit te keren aan pensioengerechtigden die na 1959 geboren zijn.



Bron: Rendement

Vraag? Stel hem gerust aan één van onze teamleden.

Bij Bond is er altijd een luisterend oor. Op zoek naar een oplossing voor uw financiële vraagstuk? Het begint met een e-mail naar één van onze teamleden.